
Erg veel insecten zie je niet meer op de tuin, deze dagen. Niet als je er niet echt naar op zoek bent in elk geval. Bij Renze Borkent lees ik dat hij nu volop springstaartjes tegenkomt in zijn bemotregende tuin, op en onder de halfvergane herfstbladeren. Maar goed, dat zijn beestjes van soms nog geen millimeter. Daar moet je wel echt op uit zijn. Als je al wist dat ze bestonden. Als je al onthouden had dat die bestonden, want in zijn boek, dat ik las, had hij het er ook al over. Dat is voor gevorderden. Al zal ik niet ontkennen dat, nu ik dit weet, ik deze week hoogstwaarschijnlijk ook mijn geluk eens zal beproeven, onder mijn halfvergane herfstbladeren. Maar goed, afgezien van de pissebedden en de wurmen in de compostbak en de slapende larven in het bijenhotel, in diverse gallen her en der en in de bodem natuurlijk, geen insecten. Wel sporen van insecten. Bij het snoeien van de braam kwam ik dit blad tegen waarin een bladmineerder zijn levensweg had afgelegd. Een beestje zo klein dat het in het blad leeft, tussen boven- en onderkant. Om zich in een paar dagen tijd door het bladgroen de weg naar volwassenheid te vreten en het blad als vliegje of wespje te verlaten. Wonderlijk. En grappig dat je inderdaad kunt zien dat hij al vretend gaandeweg steeds groter werd, van rechts naar links.
01 december 2025
Levensweg (vrnl)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten