30 oktober 2025

Koperwiek

 
Eerst dacht ik dat het spreeuwen waren, die daar zo fanatiek aan het hakken waren. Af en aan vlogen naar de appelbomen die een eindje verderop in het bosje staan. Appelbomen vol appels die blijkbaar van niemand zijn. Die niet geplukt worden. Die niemand wil hebben. Niemand behalve de spreeuwen dus. Tenminste, ik dacht dat het spreeuwen waren. Ik besteedde er verder geen aandacht aan. Onterecht natuurlijk want spreeuwen zijn geweldige vogels. Alleen dat magische zwermen al. Maar ook dat brutale, tikkeltje ordinaire dat om ze heen hangt. En dat schitterende verenkleed, waarvan je pas bij nadere beschouwing ziet hoe subtiel het gekleurd is.
Maar goed, ik had nu even geen tijd voor nadere beschouwing, ik was ergens mee bezig, al weet ik nu niet meer wat. Tot ik een geluidje hoorde dat mij niet bekend voor kwam. Een geluidje dat ik niet met de spreeuw associeerde, al zijn spreeuwen, weet ik, geweldige imitators.
Ik haalde de Merlin bird app erbij want op zijn minst wilde ik dan wel eens weten wie hier dan geïmiteerd zou worden. Koperwiek, was het antwoord. En kijk, daar haal ik mijn kijkertje wel voor tevoorschijn. Koperwieken, herinnerde ik me, had ik enkele jaren geleden nog eens geheel op eigen kracht weten te herkennen, een wapenfeit waar ik toen nogal content mee was.
Met mijn kijkertje sloop ik naar het bosje met de appelbomen en na een tijdje had ik er inderdaad één in beeld. Schitterend. Hij leek nieuwsgierig terug te kijken voordat hij zich weer op de appels stortte. Het leverde me een opgetogen gevoel op dat de gehele fietstocht door de striemende regen tegen de opkomende storm terug naar huis stand hield. 

23 oktober 2025

Gemengde gevoelens


Moet je hier nou wel of niet blij mee zijn, met je insectenvriendelijke tuin? Met je laat de natuur z'n gang maar gaan instelling? Met je heilig vertrouwen in Moeder Natuur, wiens wegen weliswaar ondoorgrondelijk zijn maar die schijnt te weten wat ze doet? Laten we het op gemengde gevoelens houden. Het ziet er prachtig uit, zonder enige twijfel, maar het zijn dus wel slakkeneitjes. De slakken van morgen. De aangevreten oogst van volgend seizoen. En het seizoen daarna. En de seizoenen daarna, want een slak wordt zo vijftien jaar, is eeuwig trouw aan zijn geboortegrond en legt soms wel zes keer per jaar tot tweehonderd eieren, is het gewogen gemiddelde van wat ik zo hier en daar lees. Dus ja, nee, ik sta niet te juichen bij deze vondst. Aan de andere kant, de slakken van morgen zijn ook weer het voedsel voor de egels, de vogels, de muizen en de padden van morgen. Sommige paddestoelen eten slakken, lees ik, net als schimmels, vraag me niet hoe dat in zijn werk gaat. Loopkevers en duizendpoten jagen op slakken. Hagedissen, kikkers, hazelwormen en ringslangen eten ze. En de eitjes zelf zijn vast ook een traktatie, voor deze of gene. Ik heb eenden er wel eens op los zien gaan tenminste. Dus ja, nee, ik raak er ook weer niet meteen van in de moordlustige stress, van deze vondst. Al is het moeilijk principieel te blijven, in dit geval, en vraag ik me wel een beetje opstandig af waarom er nog zó veel rondglijden, met al die veronderstelde liefhebbers op de kust. Laten we het inderdaad maar op gemengde gevoelens houden.

20 oktober 2025

Zo van het penseel gevallen


Gut, wat zou dit nou toch weer zijn, dacht ik bij het zien van deze fraai gekleurde stippen op het blad van de paardenbloem. Als druppels aquarelverf, karmijnrood, zo van het penseel gevallen. Naar de rand toe vervagend, uitgelopen op het helder groen papier van het paardenbloemblad. Vanwege de herfst en het vochtige weer dacht ik in eerste instantie aan de een of andere schimmel. Of een soort roest, wat dan trouwens ook weer een schimmel is, lees ik net. Maar nee, blijkt uit nader onderzoek, dit is het werk van de paardenbloemvlekgalmug. Die heeft hier haar eitjes gelegd, en veroorzaakt daarmee die artistieke vlekken.
Klinkt vervelend, een galmug. Je begint al te krabben als je het woord hoort. Het valt echter mee. Sterker nog, het is eigenlijk wel goed nieuws. De larven van de galmug eten namelijk bladluizen. En veel ook. De galmug, lees ik, wordt wel ingezet als biologische bestrijder van bladluis in de tuinbouw. Je kunt ze kopen, op internet. Ik krijg ze gratis, van de natuur. En zo blijkt opnieuw hoe nuttig de vaak verguisde paardenbloem is.
Ik zocht dan nog een plaatje van de volwassen paardenbloemvlekgalmug, maar dat was vreemd genoeg op gans het wereldwijde web niet te vinden. Wel bleek dat er vele, vele soorten galmuggen zijn. Perenbladgalmug, brandnetelbladgalmug, melkdistelpokgalmug, rozenbladgalmug, wilgentopgalmug, geoorde wilgbladgalmug.. kortom, een beetje plant kan niet zonder zijn eigen galmug.

18 oktober 2025

Optimist


Waar ie het vandaan haalt weet ik niet, maar we kunnen misschien een voorbeeld nemen aan de cichorei. Wat een optimist. Wat een doorzetter. Begonnen als groenlof, bij de ambitieuze start van wat toen toen nog een moestuin moest worden, maar wegens verregaande oneetbaarheid verwilderd in wat inmiddels de wat wildere tuin kan worden genoemd. Trekt zich niets aan van de herfst. Waar andere planten gelaten hun blad laten vallen, mistroostig de boel laten verdorren, levert de cichorei nog altijd onvermoeibaar elke dag, weer of geen weer, een handvol nieuwe bloemen. 

13 oktober 2025

Wonderlijk


Nog even over die zwartgerande tuinslak waarover ik een paar dagen geleden schreef. Die een lange reis langs de scherp gedoornde stengel van de kaardenbol had ondernomen, om daar niets anders te vinden dan dorre bladeren, dode bloemen en nog meer stekels. Ik had daarover mijn berichtje geschreven en was die avond tevreden naar bed gegaan. Voor het inslapen las ik nog een stukje in het boek van Renze Borkent, waarvoor ik in de rechterkolom ook reclame maak, Kleine Natuur geheten. En verdomd als het niet waar is, ik was gebleven op bladzijde 151 onderaan, dus daar ga ik verder en dan lees ik binnen een paar zinnen het volgende: 'Ondertussen kruipt een zwartgerande tuinslak over de stengel van de kaardenbol die is voorzien van forse stekels. Dat lijkt me als weekdier zijnde een vrij onmogelijke ondergrond, maar blijkbaar kan het.' Ik noemde het in mijn rechterkolom al een herkenbaar boekje, dus dat was zeker niet overdreven. De schoonheid van het universum. Twee zwartgerande tuinslakken met dezelfde missie. Twee mannen die dat zien. En zich verwonderen.

[Als u geen rechterkolom ziet, op uw telefoon, schakel dan over op de internetversie, helemaal onderaan het scherm van de telefoon.]

Handjevol hoop


Met de appels en de peren, de bramen en de tomaten mag het een beetje gedaan zijn inmiddels, ook in de herfst valt er nog te oogsten. Zaad, namelijk. Ik vertelde al van mijn zinken emmertje vol openspringende lathyruspeulen, ook andere planten laten zich gemakkelijk van hun zaad beroven. Logisch natuurlijk, het is de hele reden van hun bestaan, het voortbestaan van de soort. Van de week scoorde ik een handjevol kaasjeskruid, ook wel malva geheten, en verspreidde dat door de tuin. Niet dat de plant dat zelf niet zou kunnen, maar het is toch leuk om het idee te hebben dat je de gang van zaken een beetje beïnvloedt. Nu is dus de hoop dat volgend jaar her en der het dankbaar kaasjeskruid staat te bloeien.

11 oktober 2025

Onverrichter zake


Tja. De zwartgerande tuinslak. Daar zit ie dan. Wat bezielt zo'n beest, vraag je je af. Met welk idee begint hij aan zo'n reis? Het kan niet comfortabel zijn, met je zachte, slijmerige buik over die scherpe doornen van de kaardebol naar boven. Waarom besluit hij toch door te zetten? Dwars door de paincave. Waarom klimt hij door tot meer dan een meter hoogte? Ondanks de pijn. Waarom keert hij niet om, na de eerste drie doornen? Wat ik zou doen. Waarom denkt hij niet: bekijk het maar, ik zoek wel een andere stengel. Wat ik zou doen. Verwacht hij één of andere beloning, als hij eenmaal boven is? Een beloning voor het afzien. Voor zijn zelfkastijding. Is hij dan trots? Dat hij het toch maar geflikt heeft. Of is hij teleurgesteld dat hij boven niets anders aantreft dan dorre bladeren en dode bloemen? Waar trouwens ook weer stekels aanzitten. Is hij dan verongelijkt? Of boos? Heeft ie dan de pest in dat hij dat hele eind weer terug naar beneden moet, langs dezelfde doornen? Onverrichter zake. Dat niemand hem dat even gezegd heeft, van tevoren.

10 oktober 2025

Het wrede lot


Ja kijk, ik probeer er dan een insectenvriendelijke tuin op na te houden, voor wat het waard is, dus alles wat rondvliegt en zoemt, kruipt en fladdert is van harte welkom om te gaan en te staan waar het wil. Ik ben niet te beroerd om onder een spinneweb door te kruipen, een hommel uit het water te redden, even te wachten tot een bij is uitgegeten, rupsen vrij baan te geven of een vlieg uit een web te bevrijden. Hoewel dat laatste alweer een dilemma kan zijn omdat je de spin dan van het zelf bij elkaar gescharrelde maaltje berooft. Maar goed. Vandaag stond ik dan toch met de handen in het haar te schuilen voor de regen, in mijn orangerie van scharrelhout. Een flinke wesp, die blijkbaar ook onderdak had gezocht, had zich tussen de golfplaten van het dak weten te wurmen. Daar zat hij, droog maar benauwd. Bekneld. Het was duidelijk dat hij zijn kont niet meer kon keren. Dat hij hier niet meer uit ging komen. En ik zag geen mogelijkheid hem te helpen, zonder mijn dak kapot te maken. Dat ging mij te ver. En ik weet wel dat alle wespen voorbestemd zijn deze dagen te sterven, deze ook, toch zat het me eenmaal weer thuis nog steeds niet lekker dat ik hem aan zijn wrede lot had overgelaten.

08 oktober 2025

Toetje


Mijn eigen appeltjes en peertjes heb ik al een tijdje van de bomen, die zijn al lang en breed geschild en gegeten, wat er nu nog hangt zijn sierappeltjes. Die zijn voor de vogels. Al blijken die er geen haast mee te maken. Kennelijk zijn er nog te veel andere en lekkerder zaken te eten. Of ze bewaren het lekkerste voor het laatst. Dat kan ook nog.

06 oktober 2025

Liedje in het hoofd


Er is dat bekende liedje over de fuch fuch fuchsia, die daarin, met dus die ondeugende knipoog, bezongen wordt als een makkelijke, als het ware uit de hand etende plant. Iedereen kent het en wie dit leest heeft het waarschijnlijk de rest van de dag in het hoofd. Geeft niks, er zijn veel ergere liedjes om in het hoofd te hebben, die ik hier dan ook om mensvriendelijke redenen niet bij naam zal noemen. Maar goed. In mijn tuin geen fuchsia want die is in mijn hoofd onlosmakelijk vergroeid geraakt met het  truttendom en de oudHollandsche goedburgerlijkheid. Iedereen het zijne, daar niet van en houd me ten goede, maar ik het mijne. Niettemin heb ik het genoemde liedje vaak in mijn hoofd wanneer ik de sedum zie staan. Het zingt niet zo lekker stout weg natuurlijk, maar een makkelijke plant is het zeker. Tevreden met niks en eigenlijk drie seizoenen in bloei. In de zomer verschijnen de bloemen in een groene uitvoering, dan kleuren ze langzaam naar roze om in de herfst op zijn felst in die kleur te staan, waarna ze gaandeweg steeds donkerder bruin worden, tot bijna zwart aan toe, om zo de winter door te komen. In het voorjaar, wanneer het nieuwe blad uit de grond tevoorschijn kruipt, knip ik ze af en laat ze bij elkaar gebonden nog een tijdje in een pot of vaas staan omdat ik ze dan nog steeds mooi vind.

04 oktober 2025

Seizoen


Terwijl de storm door de bomen raast, de slagregens en zelfs de eerste hagelbuien tegen de ruiten hameren doet deze Amerikaanse eik, zo klein als ie is, zijn best me in zijn mooiste kleurenpracht te overtuigen van de charmes van het seizoen. Ik kan niet zeggen dat het me al over de streep heeft getrokken, maar ik waardeer de poging.