11 november 2025

Boodschap


Herfst of niet, er zijn altijd volhouders die daar net als ik niet aan willen. Die hun kop in de wind gooien en onverdroten door blijven bloeien. Eerder noemde ik al de cichorei, die tot op de dag van vandaag iedere dag nieuwe bloemen tevoorschijn tovert van het teerste lila, alsof het nog volop lente is, alsof de zomer net is begonnen. Maar er zijn er meer die er zo over denken. De paardenbloem, bijvoorbeeld. De teunisbloem, onvermoeibaar. Het oranje havikskruid duikt overal op. Zelfs de braam kan er geen genoeg van krijgen. En zo zijn er verschillende plekjes op de tuin waar tussen het grote sterven en het donkerbruin verval de boodschap valt te lezen dat het straks allemaal weer goed komt. 

07 november 2025

De boompjes doen hun best


Het is herfst op de tuin. Dat zal niemand verbazen, het is herfst in heel het land en ver daarbuiten. Ik was er niet veel, de afgelopen weken, op de tuin. Omdat ook het weer zich nogal herfstachtig gedroeg. Met wind en regen en donker chagrijn. Reden waarom ik niet per se een liefhebber van de herfst ben. Toch heeft de herfst natuurlijk ook wel zijn charme. Ja hoor. Als de zon er maar een beetje op staat. En dan mag het van mij best een herfstzonnetje zijn. Dan is het verval best aan te zien. Dan kan ik daar de schoonheid zeker wel van inzien. Uitgebloeide staketsels van kaardenbol, groot koeienoog, boerenwormkruid, zuring.. ze leveren een schilderachtig beeld op. En de boompjes doen ook hun best, met de herfstkleuren. Ik zie het allemaal, en ik waardeer het, accepteer het als onvermijdelijk onderdeel van de cyclus des levens.. toch bezie ik het ook met het oog der verwachting. Hoe alles straks weer tot leven komt. Het duurt nog even. Maar tot die tijd maken we er het beste van.

05 november 2025

Dom geluk


Koperwieken, las ik, broeden niet in Nederland. En geef ze eens ongelijk. Dat doen ze in Scandinavië, of nog noordelijker. Overwinteren doen ze dan weer in zuidelijker streken, Frankrijk, Spanje, Italië.. tot aan Syrië aan toe. Alleen deze herfstige maanden zijn ze even hier. Op doorreis. Als tussenstop, om zich even vol te vreten aan appels, peren en bessen. Voor de rest van de tocht. Alle reden dus om zodra ik op de tuin ben de kijker te pakken en naar de appelboom in het bosje verderop te sluipen, waar ik ze kortgeleden aantrof. Nu zijn ze er nog tenslotte.
Lang hoef ik niet te wachten, daar daalt een wolk vogels fladderend de boom in. Na enig gestuntel heb ik ze in de kijker. Duidelijk zie ik de oranje vegen onder de vleugels waar ze hun naam aan te danken hebben. Maar hé.. ik zie er ook die dat niet hebben. Ik zie er ook die wat groter lijken, die wat anders getekend zijn. Verstand heb ik er niet van, maar dit lijken me dan dus geen koperwieken.
Waar ik het vandaan haal weet ik niet, niet uit de boom der kennis in elk geval, maar ergens uit de doos klok en klepel en aanverwanten meldt zich de naam Kramsvogel. Zouden dit kramsvogels zijn? Een uur geleden had ik geen adequate beschrijving van de kramsvogel kunnen geven, zelfs niet bij benadering, nu weet ik op niks af bijna zeker dat het zo is. En dan is het fijn dat je het wereldwijde web op zak hebt. Binnen een minuut weet ik dat ik gelijk heb. Dom geluk natuurlijk, en niks om trots op te zijn, maar ik ben het toch. 

30 oktober 2025

Koperwiek

 
Eerst dacht ik dat het spreeuwen waren, die daar zo fanatiek aan het hakken waren. Af en aan vlogen naar de appelbomen die een eindje verderop in het bosje staan. Appelbomen vol appels die blijkbaar van niemand zijn. Die niet geplukt worden. Die niemand wil hebben. Niemand behalve de spreeuwen dus. Tenminste, ik dacht dat het spreeuwen waren. Ik besteedde er verder geen aandacht aan. Onterecht natuurlijk want spreeuwen zijn geweldige vogels. Alleen dat magische zwermen al. Maar ook dat brutale, tikkeltje ordinaire dat om ze heen hangt. En dat schitterende verenkleed, waarvan je pas bij nadere beschouwing ziet hoe subtiel het gekleurd is.
Maar goed, ik had nu even geen tijd voor nadere beschouwing, ik was ergens mee bezig, al weet ik nu niet meer wat. Tot ik een geluidje hoorde dat mij niet bekend voor kwam. Een geluidje dat ik niet met de spreeuw associeerde, al zijn spreeuwen, weet ik, geweldige imitators.
Ik haalde de Merlin bird app erbij want op zijn minst wilde ik dan wel eens weten wie hier dan geïmiteerd zou worden. Koperwiek, was het antwoord. En kijk, daar haal ik mijn kijkertje wel voor tevoorschijn. Koperwieken, herinnerde ik me, had ik enkele jaren geleden nog eens geheel op eigen kracht weten te herkennen, een wapenfeit waar ik toen nogal content mee was.
Met mijn kijkertje sloop ik naar het bosje met de appelbomen en na een tijdje had ik er inderdaad één in beeld. Schitterend. Hij leek nieuwsgierig terug te kijken voordat hij zich weer op de appels stortte. Het leverde me een opgetogen gevoel op dat de gehele fietstocht door de striemende regen tegen de opkomende storm terug naar huis stand hield. 

23 oktober 2025

Gemengde gevoelens


Moet je hier nou wel of niet blij mee zijn, met je insectenvriendelijke tuin? Met je laat de natuur z'n gang maar gaan instelling? Met je heilig vertrouwen in Moeder Natuur, wiens wegen weliswaar ondoorgrondelijk zijn maar die schijnt te weten wat ze doet? Laten we het op gemengde gevoelens houden. Het ziet er prachtig uit, zonder enige twijfel, maar het zijn dus wel slakkeneitjes. De slakken van morgen. De aangevreten oogst van volgend seizoen. En het seizoen daarna. En de seizoenen daarna, want een slak wordt zo vijftien jaar, is eeuwig trouw aan zijn geboortegrond en legt soms wel zes keer per jaar tot tweehonderd eieren, is het gewogen gemiddelde van wat ik zo hier en daar lees. Dus ja, nee, ik sta niet te juichen bij deze vondst. Aan de andere kant, de slakken van morgen zijn ook weer het voedsel voor de egels, de vogels, de muizen en de padden van morgen. Sommige paddestoelen eten slakken, lees ik, net als schimmels, vraag me niet hoe dat in zijn werk gaat. Loopkevers en duizendpoten jagen op slakken. Hagedissen, kikkers, hazelwormen en ringslangen eten ze. En de eitjes zelf zijn vast ook een traktatie, voor deze of gene. Ik heb eenden er wel eens op los zien gaan tenminste. Dus ja, nee, ik raak er ook weer niet meteen van in de moordlustige stress, van deze vondst. Al is het moeilijk principieel te blijven, in dit geval, en vraag ik me wel een beetje opstandig af waarom er nog zó veel rondglijden, met al die veronderstelde liefhebbers op de kust. Laten we het inderdaad maar op gemengde gevoelens houden.

20 oktober 2025

Zo van het penseel gevallen


Gut, wat zou dit nou toch weer zijn, dacht ik bij het zien van deze fraai gekleurde stippen op het blad van de paardenbloem. Als druppels aquarelverf, karmijnrood, zo van het penseel gevallen. Naar de rand toe vervagend, uitgelopen op het helder groen papier van het paardenbloemblad. Vanwege de herfst en het vochtige weer dacht ik in eerste instantie aan de een of andere schimmel. Of een soort roest, wat dan trouwens ook weer een schimmel is, lees ik net. Maar nee, blijkt uit nader onderzoek, dit is het werk van de paardenbloemvlekgalmug. Die heeft hier haar eitjes gelegd, en veroorzaakt daarmee die artistieke vlekken.
Klinkt vervelend, een galmug. Je begint al te krabben als je het woord hoort. Het valt echter mee. Sterker nog, het is eigenlijk wel goed nieuws. De larven van de galmug eten namelijk bladluizen. En veel ook. De galmug, lees ik, wordt wel ingezet als biologische bestrijder van bladluis in de tuinbouw. Je kunt ze kopen, op internet. Ik krijg ze gratis, van de natuur. En zo blijkt opnieuw hoe nuttig de vaak verguisde paardenbloem is.
Ik zocht dan nog een plaatje van de volwassen paardenbloemvlekgalmug, maar dat was vreemd genoeg op gans het wereldwijde web niet te vinden. Wel bleek dat er vele, vele soorten galmuggen zijn. Perenbladgalmug, brandnetelbladgalmug, melkdistelpokgalmug, rozenbladgalmug, wilgentopgalmug, geoorde wilgbladgalmug.. kortom, een beetje plant kan niet zonder zijn eigen galmug.

18 oktober 2025

Optimist


Waar ie het vandaan haalt weet ik niet, maar we kunnen misschien een voorbeeld nemen aan de cichorei. Wat een optimist. Wat een doorzetter. Begonnen als groenlof, bij de ambitieuze start van wat toen toen nog een moestuin moest worden, maar wegens verregaande oneetbaarheid verwilderd in wat inmiddels de wat wildere tuin kan worden genoemd. Trekt zich niets aan van de herfst. Waar andere planten gelaten hun blad laten vallen, mistroostig de boel laten verdorren, levert de cichorei nog altijd onvermoeibaar elke dag, weer of geen weer, een handvol nieuwe bloemen. 

13 oktober 2025

Wonderlijk


Nog even over die zwartgerande tuinslak waarover ik een paar dagen geleden schreef. Die een lange reis langs de scherp gedoornde stengel van de kaardenbol had ondernomen, om daar niets anders te vinden dan dorre bladeren, dode bloemen en nog meer stekels. Ik had daarover mijn berichtje geschreven en was die avond tevreden naar bed gegaan. Voor het inslapen las ik nog een stukje in het boek van Renze Borkent, waarvoor ik in de rechterkolom ook reclame maak, Kleine Natuur geheten. En verdomd als het niet waar is, ik was gebleven op bladzijde 151 onderaan, dus daar ga ik verder en dan lees ik binnen een paar zinnen het volgende: 'Ondertussen kruipt een zwartgerande tuinslak over de stengel van de kaardenbol die is voorzien van forse stekels. Dat lijkt me als weekdier zijnde een vrij onmogelijke ondergrond, maar blijkbaar kan het.' Ik noemde het in mijn rechterkolom al een herkenbaar boekje, dus dat was zeker niet overdreven. De schoonheid van het universum. Twee zwartgerande tuinslakken met dezelfde missie. Twee mannen die dat zien. En zich verwonderen.

[Als u geen rechterkolom ziet, op uw telefoon, schakel dan over op de internetversie, helemaal onderaan het scherm van de telefoon.]

Handjevol hoop


Met de appels en de peren, de bramen en de tomaten mag het een beetje gedaan zijn inmiddels, ook in de herfst valt er nog te oogsten. Zaad, namelijk. Ik vertelde al van mijn zinken emmertje vol openspringende lathyruspeulen, ook andere planten laten zich gemakkelijk van hun zaad beroven. Logisch natuurlijk, het is de hele reden van hun bestaan, het voortbestaan van de soort. Van de week scoorde ik een handjevol kaasjeskruid, ook wel malva geheten, en verspreidde dat door de tuin. Niet dat de plant dat zelf niet zou kunnen, maar het is toch leuk om het idee te hebben dat je de gang van zaken een beetje beïnvloedt. Nu is dus de hoop dat volgend jaar her en der het dankbaar kaasjeskruid staat te bloeien.

11 oktober 2025

Onverrichter zake


Tja. De zwartgerande tuinslak. Daar zit ie dan. Wat bezielt zo'n beest, vraag je je af. Met welk idee begint hij aan zo'n reis? Het kan niet comfortabel zijn, met je zachte, slijmerige buik over die scherpe doornen van de kaardebol naar boven. Waarom besluit hij toch door te zetten? Dwars door de paincave. Waarom klimt hij door tot meer dan een meter hoogte? Ondanks de pijn. Waarom keert hij niet om, na de eerste drie doornen? Wat ik zou doen. Waarom denkt hij niet: bekijk het maar, ik zoek wel een andere stengel. Wat ik zou doen. Verwacht hij één of andere beloning, als hij eenmaal boven is? Een beloning voor het afzien. Voor zijn zelfkastijding. Is hij dan trots? Dat hij het toch maar geflikt heeft. Of is hij teleurgesteld dat hij boven niets anders aantreft dan dorre bladeren en dode bloemen? Waar trouwens ook weer stekels aanzitten. Is hij dan verongelijkt? Of boos? Heeft ie dan de pest in dat hij dat hele eind weer terug naar beneden moet, langs dezelfde doornen? Onverrichter zake. Dat niemand hem dat even gezegd heeft, van tevoren.

10 oktober 2025

Het wrede lot


Ja kijk, ik probeer er dan een insectenvriendelijke tuin op na te houden, voor wat het waard is, dus alles wat rondvliegt en zoemt, kruipt en fladdert is van harte welkom om te gaan en te staan waar het wil. Ik ben niet te beroerd om onder een spinneweb door te kruipen, een hommel uit het water te redden, even te wachten tot een bij is uitgegeten, rupsen vrij baan te geven of een vlieg uit een web te bevrijden. Hoewel dat laatste alweer een dilemma kan zijn omdat je de spin dan van het zelf bij elkaar gescharrelde maaltje berooft. Maar goed. Vandaag stond ik dan toch met de handen in het haar te schuilen voor de regen, in mijn orangerie van scharrelhout. Een flinke wesp, die blijkbaar ook onderdak had gezocht, had zich tussen de golfplaten van het dak weten te wurmen. Daar zat hij, droog maar benauwd. Bekneld. Het was duidelijk dat hij zijn kont niet meer kon keren. Dat hij hier niet meer uit ging komen. En ik zag geen mogelijkheid hem te helpen, zonder mijn dak kapot te maken. Dat ging mij te ver. En ik weet wel dat alle wespen voorbestemd zijn deze dagen te sterven, deze ook, toch zat het me eenmaal weer thuis nog steeds niet lekker dat ik hem aan zijn wrede lot had overgelaten.

08 oktober 2025

Toetje


Mijn eigen appeltjes en peertjes heb ik al een tijdje van de bomen, die zijn al lang en breed geschild en gegeten, wat er nu nog hangt zijn sierappeltjes. Die zijn voor de vogels. Al blijken die er geen haast mee te maken. Kennelijk zijn er nog te veel andere en lekkerder zaken te eten. Of ze bewaren het lekkerste voor het laatst. Dat kan ook nog.

06 oktober 2025

Liedje in het hoofd


Er is dat bekende liedje over de fuch fuch fuchsia, die daarin, met dus die ondeugende knipoog, bezongen wordt als een makkelijke, als het ware uit de hand etende plant. Iedereen kent het en wie dit leest heeft het waarschijnlijk de rest van de dag in het hoofd. Geeft niks, er zijn veel ergere liedjes om in het hoofd te hebben, die ik hier dan ook om mensvriendelijke redenen niet bij naam zal noemen. Maar goed. In mijn tuin geen fuchsia want die is in mijn hoofd onlosmakelijk vergroeid geraakt met het  truttendom en de oudHollandsche goedburgerlijkheid. Iedereen het zijne, daar niet van en houd me ten goede, maar ik het mijne. Niettemin heb ik het genoemde liedje vaak in mijn hoofd wanneer ik de sedum zie staan. Het zingt niet zo lekker stout weg natuurlijk, maar een makkelijke plant is het zeker. Tevreden met niks en eigenlijk drie seizoenen in bloei. In de zomer verschijnen de bloemen in een groene uitvoering, dan kleuren ze langzaam naar roze om in de herfst op zijn felst in die kleur te staan, waarna ze gaandeweg steeds donkerder bruin worden, tot bijna zwart aan toe, om zo de winter door te komen. In het voorjaar, wanneer het nieuwe blad uit de grond tevoorschijn kruipt, knip ik ze af en laat ze bij elkaar gebonden nog een tijdje in een pot of vaas staan omdat ik ze dan nog steeds mooi vind.

04 oktober 2025

Seizoen


Terwijl de storm door de bomen raast, de slagregens en zelfs de eerste hagelbuien tegen de ruiten hameren doet deze Amerikaanse eik, zo klein als ie is, zijn best me in zijn mooiste kleurenpracht te overtuigen van de charmes van het seizoen. Ik kan niet zeggen dat het me al over de streep heeft getrokken, maar ik waardeer de poging.

29 september 2025

Weemoed


Ook omdat het weer er de afgelopen weken niet altijd even zeer toe uitnodigde, en omdat het 's avonds na het eten en de afwas eigenlijk al meteen weer bijna donker is, was ik niet zo vaak op de tuin als ik me nog zo had voorgenomen me niets van de ingevallen herfst aan te trekken. Ach ja, de herfst. Heeft ongetwijfeld haar eigen charmes. En ik wil daar zeker niet blind voor zijn, maar als de zon dan weer een weekendje zo lekker schijnt, en er toch ook nog vlinders rond blijken te fladderen, in mijn langzaam verdorrend paradijs, zoals dit bont zandoogje, dan kan ik het niet helpen en verlang ik weemoedig terug naar de zomer.

24 september 2025

Verwarring


Ceci n'est pas une araignée. Mensen die er meer verstand van hebben zien dat natuurlijk meteen, maar ik zou gezworen hebben dat het een spin was. Dat is het dus niet, ondanks de acht lange slanke poten. Het is een hooiwagen. Een rode hooiwagen, om precies te zijn, al vind ik hem persoonlijk eerder aan de bruine kant. Dat hij acht poten heeft betekent dat hij nog niet veel heeft meegemaakt lees ik, omdat hooiwagens bij het minste geringste gevaar een poot afstoten, die dan ook nog, om de aanvaller in verwarring te brengen, een aardig tijdje blijft bewegen, terwijl de hooiwagen zich uit de overgebleven voeten maakt. Een gevalletje zoals de waard is want zelf is de hooiwagen ook niet vies van een levende prooi, waarbij soortgenoten niet vanzelfsprekend gespaard worden. Wat ik mij daarbij dan weer afvraag is of de ene hooiwagen in verwarring zal raken van de bewegende losse poot van de andere hooiwagen, of dat hij dat al had ingecalculeerd.

22 september 2025

Rood


Deze zogenoemde minitree doet zijn naam in alle opzichten eer aan. Niet alleen de boom blijft klein, de appeltjes die eraan verschijnen houden het eveneens op een zeer bescheiden formaat. Ook de hoeveelheid is vooralsnog niet overweldigend, maar dit jaar met vijf stuks toch al bijna drie keer zo veel als het vorig. Dus dat belooft wat voor de toekomst. En dat is fijn, want het is een erg lekker appeltje. Sappig, knapperig en licht zuur. Met als extra bijzonderheid dat die schitterende rode kleur zich niet beperkt tot de glimmend opgepoetste schil, maar ook de binnenkant voor zijn rekening neemt.

16 september 2025

De geest


Dat het inmiddels herfst is, daarover hoeft geen twijfel meer te bestaan. Buiten huilt de wind om het huis. De bomen staan krom van ellende, zwiepen met wild geraas heen en weer in de zuidwester stormen en iedere tien minuten striemt de volgende regenbui alweer de ruiten. Niettemin sta ik hoog op de gehuurde steiger de buitenboel te schuren en te plamuren, tussen de buien door, in de hoop het nog deze week geschilderd te krijgen. Ik weet het. Ik voel me net deze groot koeienoog, die ik dit weekend op de tuin nog vers uit de knop in bloei zag staan. In regen en wind. Net te laat de geest gekregen.

14 september 2025

Kleine boompjes worden groot


Ik heb meerdere zwarte elzen in de tuin staan. Het zijn leuke bomen, vind ik, met die feestelijke zwarte elzenproppen die de boel een beetje opvrolijken als verder alles kaal en grijs is. Bovendien zijn ze goed voor de biodiversiteit, las ik, omdat ze veel insecten en vogels aantrekken. Verder zijn het bodemverbeteraars doordat ze stikstofbindende wortelknobbels hebben. Ook dit is kennis van internet.
Een aantal van mijn elzen heb ik anderhalf jaar geleden aangeplant in het kader van het meer-bomen-nu initiatief, de rest is uit zichzelf aan komen waaien. Het zijn kennelijk makkelijke bomen, zoals ook blijkt uit het feit dat ze het eigenlijk allemaal prima doen, ondanks dat ze in de loop van het jaar bezocht zijn door meerdere plagen.
In één van die dus nog jonge elzen trof ik van de week de eerste katjes. Noem mij een romantische dwaas, maar het ontroerde me. Kleine boompjes worden groot. Het zijn de mannelijke katjes, die aan het eind van de winter, lees ik, tot bloei zullen komen. De vrouwelijke elzenproppen heb ik nog niet kunnen vinden, maar die zullen dan binnenkort toch ook verschijnen, neem ik aan. De zwarte els, hoewel getooid met een meisjesnaam, draagt zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen. Eenhuizig heet dat, heb ik net geleerd. De rest van mijn elzen, blijkt uit nader onderzoek, blijft nog even klein.

11 september 2025

Boerenwormboom


Vorig jaar ergens, wandelde ik met mijn oude schoonvader langs 's heeren wegen, zoals ik dat elke dinsdagmiddag doe, wanneer het weer en zijn humeur dat toelaten, en vanuit zijn rolstoel wees hij op het Boerenwormkruid in de berm. Dat vond hij mooie bloemen. Daar wilde hij wel een bosje van op tafel hebben staan. Gehoorzaam zette ik zijn rolstoel op de rem en begon een boeketje te plukken, toegeeflijk gadegeslagen door passerende elektrische fietsers. Ik had geen mesje bij me dus ik moest het op handkracht doen. Nu heeft Boerenwormkruid nogal een stevige stengel, die je niet zomaar afbreekt, dus ik eindigde al gauw met een boeket met wortel en al. Boerenwormkluit, zogezegd. Eigenlijk kwam me dat niet eens zo slecht uit, want ik ben dol op Boerenwormkruid, dus met mijn schoonvader in zijn rolstoel als verzachtende omstandigheid stond ik hier toch maar mooi nieuwe aanplant voor de volkstuin te strooiselroven. De zweefvliegen en de bijen zouden me dankbaar zijn. Aan het schoonouderlijk aanrecht sneed ik de bloemen tot een gezellig vaasje vol, de wortelstokken nam ik in een plastic zakje mee naar huis, naar de volkstuin, en zette ze daar vol verwachting in de grond. Nou zet ik wel vaker iets vol verwachting in de grond, en word ik in veel van die gevallen teleurgesteld, het Boerenwormkruid overtrof dit jaar alle verwachtingen. Ik overdrijf niet als ik zeg dat het een boom is geworden. Een Boerenwormboom, zogezegd. Stengels van zeker drie meter hoog die alle kant op explodeerden en die, nadat ik ze bijeen had gebonden, topzwaar naar één kant overhelden tot een gele waterval van bloemen. Hij hangt eigenlijk een beetje in de weg, als ik heel eerlijk ben, want telkens als ik erlangs moet is het net of ik een zware deur opzij moet houden, maar dat deert me niet. De zweefvliegen en de bijen zijn me dankbaar.

10 september 2025

Heterdaad


Dat ik er een insectenvriendelijke tuin op na probeer te houden betekent nog niet dat de insecten daar zelf ook aan meedoen. Insecten kunnen er soms bepaald insectenonvriendelijk gedrag op na houden. Neem nou deze Dolichomitus-complex. Een Nederlandse naam ontbreekt, maar het is een sluipwesp en dat doet al iets stiekemigs vermoeden. Ziet er ook al een beetje onbetrouwbaar en gluiperig uit, met dat lange glimmende achterlijf dat zich in allerlei kruiperige bochten wringt, met die bloedrode poten en dat vervaarlijke zwaard. En inderdaad, die heeft het behoorlijk achter de ellebogen.
Ik betrapte haar op heterdaad op mijn insectenhotel, waarvan de meeste kamers inmiddels bezet zijn door metselbijtjes, die daar hun eitjes in hebben gelegd, met een zorgzaam voedselvoorraadje erbij voor de larf die daar na verloop van tijd uitkomt om weer een nieuw metselbijtje te worden. Ieder eitje een eigen kamertje dat op kunstige wijze met zandkorrels wordt afgesloten. Dichtgemetseld.
Maar dan komt de Dolichomitus-complex. Die heeft op een afstandje geniepig toe zitten kijken en af zitten wachten tot de kust veilig was.
Ik zag het onder mijn neus gebeuren, volkomen schaamteloos. Met haar voorpoten maakte ze een kleine opening in de deur van zandkorrels, draaide zich om, krulde het lenig achterlijf, uit de zwaardschede kwam een lange, ragdunne legboor tevoorschijn die behendig naar binnen werd geschoven. Steeds iets verder. Met een pulserende beweging werden daarbinnen haar eitjes gelegd. In ieder kamertje één.
Háár larven, lees ik ergens, zullen al even geniepig wachten met uitkomen tot die van de metselbij al een eindje op streek zijn, om die vervolgens langzaam maar zeker op te eten. Levend op te eten ook nog, want er wordt aanvankelijk zorgvuldig om de vitale onderdelen heen gegeten, zodat het slachtoffer zo lang mogelijk vers blijft.
Dus ja, je kunt wel beweren dat de natuur zo mooi is, maar dit lijkt me een uitzondering. 

09 september 2025

Vernuft


Het zou mij niet verbazen wanneer de Lathyrus een ver familielid is van de Balsemien. Of anders hebben ze dezelfde cursus gevolgd. In elk geval hebben ze zo ongeveer dezelfde methode om zich uitgebreid naar alle kanten uit te breiden. Met de jongens, toen die nog klein waren, en onlangs nog met de kleinkinderen, was het altijd feest wanneer we een berm vol Balsemienen tegen kwamen, langs ons pad. Wat een wonder dat zo'n peultje wanneer je hem maar even aanraakt openspringt, met een knappend geluidje, en zijn zaad alle kanten op in het rond schiet. Afvuurt. Je kreeg ze niet meer mee voor ze ze allemaal gehad hadden. De Lathyrus doet net zoiets. Als de peulen nog groen zijn, en een beetje op sperziebonen lijken, is er nog niks aan de hand. Maar zijn ze bruin en dor en hard geworden, dan knallen ze met een laatste krachtsinspanning open en slingeren hun zaden zo ver als ze kunnen. De natuur zit vol vernuft. Ik knip de bruine peulen af en verzamel ze in een zinken emmertje, waarin je de zaden soms tegen de wanden hoort tikken. Zo kan ik ook zelf bepalen waar ik volgend jaar de Lathyrus heb staan. 

03 september 2025

Deo volente


Aan allerlei dingen valt te merken dat de zomer op haar einde loopt. Het herfstachtige weer van de afgelopen dagen, om maar eens iets te noemen. Wind en regen, grijzigheid. De al korter wordende avonden, de dalende temperatuur. Allerlei uitgebloeids op de tuin, de algehele teruggang die is ingezet. Maar ook kilo's bramen, een zak peren en een handvol appels. Daar komt dit jaar bij dat de tjiftjaf is vertrokken. Mijn tjiftjaf. De tjiftjaf die mij leerde de tjiftjaf te herkennen. Die mij een groot deel van voorjaar en zomer begroette wanneer ik mij meldde op de tuin. Mij dan de rest van de tijd gezelschap hield, hoog in de perenboom of de wilg gezeten, met zijn eenvoudig maar onophoudelijk lied, van tjiftjaf tjiftjaf tjiftjaf. Eén keer zag ik hem kwaad en onbevreesd uitvallen naar een kat die door de tuin sloop. De kat was er niet van onder de indruk. Ik des te meer. Wat een dapper klein vogeltje. Nu is hij onderweg naar Noord Afrika. Want, ik wist het niet en het verbaasde me eerlijk gezegd, de tjiftjaf is een trekvogel. Halverwege april, deo volente, meldt hij zich weer terug. Ik zal hem missen. Gelukkig zag en hoorde ik van de week al een paar keer een wolk puttertjes, die op de zaden van distel en kaardebol afkomen.

02 september 2025

Eindelijk & eigenlijk


Als rechtgeaard volkstuinier zou je natuurlijk blij moeten zijn met een paar flinke plensbuien op een dinsdagochtend. Met wat natte vooruitzichten voor de rest van de week. Na zo'n lange, warme en droge periode. Op die harde, uitgedroogde, gebakken grond van klei. Zou je eigenlijk moeten denken en zeggen: dat is goed voor de tuin. Dat zou eigenlijk moeten. Maar ik heb gisteravond net een steiger tegen het huis laten zetten, met het dappere voornemen deze week nou eindelijk de buitenboel te schilderen, van het puntje van het dak tot de dorpel van de voordeur. Dus ik krijg het niet over mijn lippen. Ik krijg het zelfs niet voor elkaar om het te denken.

28 augustus 2025

Onvermijdelijk


Of we het leuk vinden of niet, hij komt er weer aan, de herfst. Hij laat het al een beetje doorschemeren. Het ruikt er af en toe al een beetje naar. Het is steeds vroeger donker op de tuin. En 's avonds best al een beetje fris. Is dat erg? Nee natuurlijk, het hoort erbij, en de herfst heeft zijn eigen charmes. Dat de zomer daarmee op haar einde loopt, dat is dan wel weer een beetje jammer.